Zo kun je brandend maagzuur verhelpen

Waarschijnlijk denk jij net als de meeste mensen dat brandend maagzuur een teken is van te veel maagzuur. Maar het is juist andersom, het is een teken van te weinig! En toch schrijven huisartsen maagzuurremmers voor om van brandend maagzuur af te komen. Maagzuurremmers staan zelfs op nummer 3 in de top 10 van meest gebruikte medicijnen. Maar daarmee maak je de situatie in je maag op de lange duur alleen maar erger. Hier lees je wat de echte oplossingen zijn voor maagzuurproblemen te verhelpen zodat je voedsel weer optimaal verteerd kan worden.

In dit artikel:

• Waarom maagzuur zo belangrijk is voor je vertering
• Symptomen brandend maagzuur
• Waardoor ontstaat het gevoel van brandend maagzuur
• Risico’s van te weinig maagzuur (en maagzuurremmers!)
• De echte oorzaak van te weinig maagzuur
• Wat zijn de oplossingen

Maag-darmklachten zijn van alle gezondheidsklachten één van de meest voorkomende klachten. 1,12 miljoen mensen in Nederland maakten in 2014 gebruik van de maagzuurremmer Omeprazol (SFN, 2015)[1] . Dit is bijna 7% van de totale bevolking in Nederland. Dit zegt duidelijk iets over de gezondheid van het maag-darmstelsel van de Nederlandse bevolking. En dat is zorgelijk, want in de maag en darmen vindt de vertering plaats van het voedsel dat je eet. Als dat niet goed verloopt, kun je nog zo gezond eten, maar neemt je lichaam de voedingsstoffen niet op. Daarmee put je je lichaam steeds meer uit en zul je allerlei gezondheidsklachten ontwikkelen.

Waarom maagzuur zo belangrijk is voor je vertering

Waarom de maag een cruciale rol speelt in de vertering blijkt wel uit de belangrijke functies die maagzuur heeft. De maag heeft drie hoofdfuncties: het verder verteren van het voedsel dat via de slokdarm uit de mond komt, het doden van bacteriën en de opname van voedingsstoffen. De maagspieren laten de maag samentrekken en kneden daarmee het voedsel dat in je maagholte zit. Daarbij wordt de voedselbrij vermengd met spijsverteringssappen die worden afgescheiden door klieren in de maagwand. Per dag produceer je zo’n 2,5 liter maagsap. Dit maagsap bevat zoutzuur (vandaar maagzuur). Dit maagzuur zorgt ervoor dat schadelijke bacteriën en schimmels in het voedsel onschadelijk worden gemaakt. De maagwand zelf wordt niet door het zuur aangetast omdat hij beschermd wordt door een slijmvlieslaag (mucosa), waarin stoffen zitten die zoutzuur neutraliseren.

Een andere belangrijke taak van de maag is de vertering van eiwitten en vetten. Met behulp van het enzym pepsine worden de eiwitten in het voedsel in de maag afgebroken en als het ware opknipt in kleinere moleculen: polypeptiden en peptiden. Daardoor kunnen de eiwitten opgenomen worden in het bloed. De maag helpt ook bij de vertering van vetten met behulp van het lipase enzym, al gebeurt het grootste gedeelte van de vertering van vetten in de twaalfvingerige darm.

Daarnaast helpt maagzuur ook bij een goede opname van vitamines en mineralen, vooral van ijzer en vitamine B12, belangrijk voor de aanmaak van bloed. Vitamine B12 kan alleen door het lichaam opgenomen worden als het gebonden wordt aan de intrinsieke factor. Deze stof is onderdeel van het maagzuur en wordt aangemaakt door het slijmvlies van de maagwand.

Symptomen brandend maagzuur

Maagzuur heeft dus een cruciale rol in de vertering van ons voedsel. Brandend maagzuur is een veelvoorkomende klacht die er op wijst dat er iets niet goed gaat met de vertering in de maag.

Symptomen zijn:

• brandend gevoel
• opboeren
• winderigheid
• opgeblazen gevoel na het eten
• maagpijn
• vermoeidheid

Meestal wordt brandend maagzuur toegeschreven aan een teveel aan maagzuur en krijg je maagzuurremmers voorgeschreven. Maar in het overgrote gedeelte van de gevallen ontstaat brandend maagzuur juist door te weinig maagzuur! Met het slikken van maagzuurremmers raak je dan dus alleen nog maar verder van huis.

De reden dat maagzuurremmers worden voorgeschreven is dat het maagzuur het slijmvlies van de slokdarm kan aantasten. Dit is ongewenst, omdat er risico’s door kunnen ontstaan op blijvende aantasting en ontregeling van het slijmvlies van de slokdarm. Maagzuurrremmers geven een tijdelijke verlichting van die klachten, maar door langdurig maagzuurremmers te slikken wordt het probleem alleen maar erger, aangezien je maag juist al te weinig maagzuur aanmaakte.

Waardoor ontstaat het gevoel van brandend maagzuur

Hoe zit dat dan als je te weinig maagzuur hebt en het toch omhoog komt, denk je misschien. Wat er gebeurt als je te weinig maagzuur hebt is dat de vertering niet optimaal verloopt. De voedselbrij verlaat je maag pas bij een bepaalde zuurgraad. Door te weinig maagzuur duurt dit langer en gaat de brij liggen gisten en rotten. Hierdoor verhoogt de druk in de maag, waardoor de bovenste sluitspier van de maag een klein beetje opent en zuur in de slokdarm kan komen. De slokdarm is niet beschermd tegen zuur en wordt daardoor beschadigd, wat het brandende gevoel veroorzaakt. Dit is een vervelend gevoel, en is tevens niet zonder risico’s. We hebben allemaal wel eens last van brandend maagzuur, maar als het chronisch is, dan kan de gevoelige bekleding van de slokdarm beschadigd raken en ontstaan de klachten.

Die klachten zijn dus eigenlijk een teken van een tekort aan maagzuur. Het maken van maagzuur door het lichaam, uit lichaamssappen met een neutrale zuurgraad tot het zeer zure maagzuur, is iets wat veel energie vraagt. Veel mensen hebben een chronisch energietekort; zij zullen dus ook vrijwel altijd te weinig maagzuur produceren. Het gevoel dat de hele vertering van eten zwaar en moeizaam gaat, is ook een sterke aanwijzing dat een tekort aan maagzuur de oorzaak van het probleem is. Het is dus waardevol wanneer je hier regelmatig last van hebt, om uit te zoeken wat hier bij jou de oorzaak van kan zijn.

Risico’s van te weinig maagzuur (en maagzuurremmers!)

1. Beschadiging darmwand door slechte koolhydraatvertering

Maagzuur is nodig voor de vertering van koolhydraten doordat het de afgifte van enzymen uit de pancreas in de dunne darm stimuleert. Als de maag niet zuur genoeg is gebeurt dit niet en worden de koolhydraten niet goed afgebroken. Ze worden dan voeding voor slechte bacteriën die de koolhydraten gaan fermenteren. Als de bacteriën de koolhydraten metaboliseren ontstaan er ongewenste stoffen zoals ethanol en andere alcoholen en aldehyden. Deze toxines kunnen de darmwand beschadigen en leiden tot klachten van opgeblazen gevoel, opboeren, misselijkheid met braakneiging en moeheid na de maaltijd. De klachten beginnen meestal rond de 15 tot 20 minuten na de maaltijd en zijn erger naarmate er meer koolhydraten gegeten worden.

2. Mentale klachten door slechte eiwitvertering

Ook eiwitten worden slecht verteerd als er te weinig maagzuur aanwezig is. Daardoor ontstaan er toxines in de darmen. Dit kan de functie van de hele spijsvertering verminderen en de darmflora ontregelen. Als de eiwitten niet goed worden afgebroken en omgezet in aminozuren heeft dat weer tot gevolg dat er een tekort aan neurotransmitters ontstaat. Dit kan tot allerlei stoornissen leiden, waaronder depressie, angst of stemmingsstoornissen. Want veel van de essentiële aminozuren zoals fenylalanine en tryptofaan spelen een cruciale rol in mentale processen.

3. Wildgroei maagzweerbacterie Helicobacter Pylori

Behalve dat door de gassen die bij het fermenteren ontstaan de bovenste sluitspier van de maag open kan gaan, is dit waterstofgas ook de voorkeurs energiebron voor de maagzweerbacterie Helicobacter Pylori. Deze bacterie komt bij iedereen in het spijskanaal voor, maar wordt een probleem als er overgroei plaatsvindt. H. Pylori is de meest voorkomende chronische ziekteverwekker bij mensen. Ongeveer de helft van de mensen heeft te veel van deze bacterie en wordt door de WHO erkend als een ‘groep 1 kankerverwekkende stof’ (bij overgroei). Circa 20% van de Nederlanders heeft deze bacterie in een overmatige hoeveelheid in hun maag (Pounder, 1995)[2].

Een teveel aan deze bacterie veroorzaakt een chronische lage ontsteking in je maagwand wat kan leiden tot verminderde productie van maagzuur (Hagen, 2009)[3]. Dit kan uiteindelijk ook tot maagzweren en maagkanker leiden. En hoe minder maagzuur, hoe makkelijker deze bacterie zich nog meer kan vermenigvuldigen. Meestal wordt H. Pylori met antibiotica bestreden. Maar daarmee worden ook de goede bacteriën in je lichaam gedood en ben je daarna nog vatbaarder voor slechte bacteriën en andere indringers.

4. Vatbaarder voor ziektes

Door een gebrek aan maagzuur ben je vatbaarder voor slechte bacteriële indringers, virussen en parasieten (omdat die niet worden gedood door maagzuur). Het gebruik van maagzuurremmers kan niet alleen leiden tot een infectie met de maagzweerbacterie H. pylori, maar ook tot andere infecties. In 2004 is er een groot Nederlands onderzoek gedaan onder 364.683 personen, waaruit bleek dat mensen die maagzuurremmers gebruikten, een grotere kans op longontsteking liepen. De onderzoekers verklaren dat de verhoogde kans van orale infecties bij gebruik van maagzuurremmers waarschijnlijk het gevolg is van de verminderde zuurproductie in de maag (Laheij, 2005)[4].

5. Disbalans in de darmbacteriën

Als er te weinig maagzuur is kunnen pathogene bacteriën makkelijker overleven en in de maag groeien en hun weg vinden naar het darmstelsel. Komt de voedselbrij door gebrek aan voldoende maagzuur te weinig verteerd in de dunne darm, dan kan dit hier de groei van schadelijke bacteriën verder versterken. De gifstoffen die hierdoor worden geproduceerd moeten door de lever worden afgebroken. Overwerk voor je lever dus! Deze ongezonde darmflora kan uiteindelijk verantwoordelijk zijn voor allerlei aandoeningen, van allergieën tot eczeem en van schildklieraandoeningen tot astma.

6. Lekkende darm

De gifstoffen die ontstaan door een onvolledige vertering (bijvoorbeeld te grote eiwitdeeltjes), kunnen je darmwand beschadigen waardoor die meer voedselresten doorlaat dan de bedoeling is. Onverteerde eiwitten (waaronder gluten) en andere voedseldelen en gifstoffen kunnen dan naar de bloedstroom lekken en het lichaam reageert hierop met antilichamen aan te maken. Met een overbelaste lever en immuunsysteem tot gevolg. Door dit actieve immuunsysteem kan vervolgens een heel scala aan andere interne en externe problemen ontstaan.

Ook een wildgroei van (slechte) bacteriën in de dunne darm kan een lekkende darm veroorzaken. Uit onderzoek blijkt dat 71 % van de patiënten met maagzuurproblemen ook een lekkende darm had; twee keer zo veel als bij mensen die geen last van maagzuur hebben (Pimentel, 2002)[5]. Onderzoekers zijn het er over eens dat maagzuurremmers bijdragen aan de wildgroei van slechte bacteriën (Pimentel, 2010)[6]. Lees meer over een lekkende darm en hoe je die met voeding kunt genezen.

7. Tekorten aan belangrijke voedingsstoffen

De vertering en opname van voedingsstoffen zoals mineralen en sporenelementen gebeurt in de maag alleen als de zuurgraad precies goed is. Als er niet voldoende zuur aanwezig is, verlopen de chemische reacties die nodig zijn om de voedingsstoffen op te nemen niet goed. Dit kan uiteindelijk leiden tot tal van gezondheidsproblemen waaronder bloedarmoede, osteoporose, hart- en vaatziekten en depressie.

Langdurig gebruik van maagzuurremmers is onder andere in verband gebracht met een tekort aan vitamine B12 (Jung, 2015)[7]. De cellen die maagzuur produceren zijn namelijk ook verantwoordelijk voor de aanmaak van Intrinsic Factor, dat nodig is voor de opname van B12 . Vitamine B12 (cobalamine) is nodig voor het functioneren van de zenuwen en de hersenen. Op den duur heeft een vitamine B12 tekort neurologische gevolgen omdat het zenuwstelsel wordt aangetast. Doordat het lichaam beschikt over grote reservehoeveelheden vitamine B12 duurt het een aantal jaren voordat een vitamine B12 tekort ontstaat. De eerste klachten die kunnen optreden zijn:

• bleek zien
• een slap en moe gevoel
• licht in het hoofd
• een gebrek aan eetlust

Belangrijk om je te realiseren is dus dat je nog zo gezond kan eten met veel voedingsstoffen, maar als de opname er van niet goed gebeurt, profiteert je lichaam niet van al dat goede voedsel.

8. Slokdarmkanker

Als maagzuur regelmatig in je slokdarm komt kunnen de zuren de slokdarm beschadigen en littekenweefsel veroorzaken. Dit maakt de slokdarm kwetsbaarder voor kanker (Shaheen, 2002)[8].

De echte oorzaak van te weinig maagzuur

Beschadiging van het maagslijmvlies leidt er toe dat de klieren in de maagwand niet genoeg maagzuur produceren. Deze beschadiging kan door verschillende oorzaken ontstaan. Als er eenmaal een tekort aan maagzuur is, versterkt dit de omstandigheden waardoor het maagslijmvlies nog verder kan beschadigen. Hierdoor kom je in een vicieuze cirkel terecht waarin het soms lastig is om te zien wat oorzaak en wat gevolg is. Maar al deze ondergenoemde factoren kunnen daarin een rol spelen.

1. Ouderdom

De productie van maagzuur neemt af naarmate we ouder worden. Uit een onderzoek blijkt dat 30 % van de mensen boven de 60 minder maagzuur aanmaakt (Krasinski, 1986)[9]. Of dit puur aan ouderdom ligt of ook te maken heeft met onze voedingsgewoontes staat nog niet vast, maar het lijkt waarschijnlijk dat onderstaande factoren in onze levensstijl flink wat impact hebben. Die gaan steeds sterker wegen naarmate je ouder wordt en je natuurlijke veerkracht afneemt.

2. Stress

Als je lichaam stress heeft geeft het de voorkeur aan systemen die belangrijk zijn om te kunnen overleven. Je lichaam heeft dan minder energie over voor het spijsverteringsstelsel. Bij stress werkt de spijsvertering dus minder goed en de spijsverteringssappen die nodig zijn voor de vertering zoals maagzuur, enzymen, gal en stoffen uit de alvleesklier worden dan slechter aangemaakt. Dit wordt vooral een probleem bij langdurige stress.

Ook het immuunsysteem werkt minder goed bij stress, dus dat vergroot de mogelijkheid dat schadelijke bacteriën en schimmels kunnen overleven in de maag. Die kunnen zich nestelen in de maagwand en de productie van maagzuur blokkeren. Daardoor ontstaat er een vicieuze cirkel: de maagwand maakt minder maagzuur, waardoor virussen, bacteriën, schimmels en parasieten steeds makkelijker kunnen overleven.

3. Tekort aan voedingsstoffen

Door tekorten aan ‘grondstoffen’ om maagzuur aan te maken, kan er ook een tekort aan maagzuur ontstaan. Voedingsstoffen die nodig zijn voor de aanmaak van maagzuur zijn onder andere vitamine B1 en zink. Zink en B1 gaan echter het eerst verloren bij raffinage van levensmiddelen. Geraffineerde voedingsmiddelen zijn wit brood, witte rijst, witte suiker en ander sterk bewerkte producten. Zink zit ook relatief weinig in onze bodem in Nederland, dus dat is een stof waar veel mensen een tekort aan hebben.

4. Voedselovergevoeligheden

Een probleem met maagzuur kan ook ontstaan door voeding die niet goed wordt verdragen. Sommige mensen verteren bepaalde voeding moeilijk, zoals zware koolsoorten, vlees of vet. En voor de meeste mensen geldt dat gluten moeilijk te verteren zijn en je maag- en darmslijmvlies kunnen beschadigen. Dit kan tot een maagslijmvliesontsteking leiden.

5. Te veel suiker/koolhydraten

Te veel suikers en koolhydraten in je dieet werken verstorend op de bacteriebalans in je maag en darmen. Daardoor kan het maagslijmvlies aangetast worden. Daarnaast zorgen te veel suikers ervoor dat de helicobacter pylori bacterie zich makkelijker kan vermenigvuldigen. Een overvloed aan fructose, zetmelen en met name tarwe vergroot de productie van waterstofgas en daarmee de groei van H. Pylori en andere schadelijke bacteriën. Bij een onderzoek onder mensen die last hadden van brandend maagzuur, waren de symptomen binnen een week verdwenen door een koolhydraatarm dieet te volgen (20 gram per dag) (Austin, 2006)[10].

6. Slecht gebit

Ook een infectie in het gebit, of een algehele slechte toestand van het gebit kan de oorzaak zijn van maagzuurklachten. Zware metalen, zoals kwik uit amalgaamvullingen kunnen de maagzuurproductie namelijk ontregelen.

7. Insulineresistentie

De pancreas (alvleesklier) is het orgaan dat insuline aanmaakt, maar produceert ook de spijsverteringsenzymen. Als je lichaam minder gevoelig is geworden voor insuline dan is er veel meer insuline nodig om hetzelfde effect te bewerkstelligen. De pancreas gaat dan meer insuline produceren. Daardoor is er echter minder energie over voor de andere functie van de pancreas: het produceren van spijsverteringsenzymen. Door te weinig aanmaak van deze enzymen blijft het voedsel veel te lang in de hogere gedeelten van de maag en oefent zo druk uit op de maag.

8. Medicijngebruik (pijnstillers)

Ontstekingsremmers en pijnstillers die behoren tot de groep NSAID’s, zoals Ibuprofen, Aspirine, Diclofenac en Naproxen tasten de beschermende slijmvliezen van de maag aan.

Wat zijn de oplossingen (geen maagzuurremmers, want dat maakt het erger)

Een oplossing die vaak wordt gebruikt tegen brandend maagzuur zijn maagzuurremmers. Effectief op de korte termijn tegen het vervelende brandende gevoel omdat het de hoeveelheid maagzuur die je hebt nog verder reduceert waardoor er minder kans is dat er maagzuur in je slokdarm terecht kan komen. Maar op de lange termijn blijft het probleem van te weinig maagzuur bestaan en wordt de situatie in je maag en darmen alleen maar slechter. Voor een structurele oplossing zul je moeten starten met het herstellen van je darmwand en het verbeteren van het milieu in je maag en darmen zodat het weer aantrekkelijk wordt voor de juiste bacteriën. Daarnaast kan je de vertering helpen met de juiste voeding die de productie van maagzuur en enzymen ondersteunt.

1. Eet weinig koolhydraten en suikers

Suikers en koolhydraten verstoren de balans van de bacteriën in je maag en ingewanden en zijn een voedingsbodem voor onder andere de H. Pylori bacterie. Ook fructose en kunstmatige zoetstoffen stimuleren overgroei van ongezonde bacteriën. Het minderen van suikers en het volgen van een koolhydraatarm dieet is daarom voor iedereen belangrijk. Als je vertering al verstoord is is het aan te raden om voor een specifiek koolhydraatarm dieet kiezen waarin je bepaalde koolhydraten laat liggen. Want met een verstoorde maag- en darmflora is het extra lastig voor je lichaam om de lange keten koolhydraten te verteren. Dat zijn met name de zetmelen die in granen en zetmeelrijke groenten zitten. Een dieet wat je hierbij kan helpen is het GAPS dieet of het FODMAP dieet. Lees meer in Zo slaag je met een koolhydraatarm dieet.

2. Verbeter je darm- en maagflora met probiotica

Omdat een verstoorde bacterie balans een belangrijke factor is in maagzuurproblemen, is het herstellen van een gezonde bacteriebalans essentieel. Dit kan je ondersteunen door te zorgen dat je goede bacteriën (probiotica) binnenkrijgt. Probiotica zitten van nature in gefermenteerde voeding zoals biologische yoghurt, kefir en zuurkool en kimchi. Ook kan je extra probiotica in pilvorm slikken om je darmflora te ondersteunen. Uit onderzoek blijkt ook dat toevoeging van probiotica aan de standaardbehandeling van een infectie met de H. pylori de symptomen significant kan verminderen (Tolone, 2012)[11].

3. Los vitaminetekorten op

Voedingsstoffen die nodig zijn voor de aanmaak van maagzuur zijn onder andere vitamine B1 en zink. Zink en B1 gaan echter het eerst verloren bij raffinage van levensmiddelen. Gebruik daarom zoveel mogelijk onbewerkte voedingsmiddelen en volwaardige producten zoals zilvervliesrijst. Goede bronnen van B1 zijn zonnebloempitten, linzen en bonen. De meest beschikbare vorm van zink komt uit eiwitten, dus vlees, gevogelte, lever, eieren en zeevruchten (vooral oesters!) zijn goede bronnen. Voor vegetariërs zijn yoghurt, noten, zaden, haver, zilvervliesrijst en zeewier goede bronnen.

4. Herstel je maagwand

Het herstellen van een beschadigde maagwand is een belangrijke stap in het oplossen van maagzuurproblemen. Bepaalde medicijnen zoals steroïden en aspirine kunnen een oorzaak zijn van de beschadiging. Voor herstel van het maagslijmvlies zijn collageen en gelatine belangrijk. Bouillon van botten is daar een van de beste bronnen voor. Ook glutamine wat in dierlijke bouillons zit is belangrijk voor de cellen van je ingewanden.

5. Verhoog je insulinegevoeligheid

Als je langdurig te veel suikers of koolhydraten eet geeft je lichaam zo veel insuline af dat je cellen steeds ongevoeliger raken voor insuline. De belangrijkste stap om dat terug te draaien is het minderen met koolhydraten en suikers. Koolhydraten zouden idealiter minder dan de helft van je calorieën moeten leveren. Een in plaats daarvan meer eiwitten en vetten. Eiwitten en (gezonde) vetten helpen om de afgifte van glucose aan de bloedstroom te vertragen en de bloedsuikerspiegel stabiel te houden. Daarnaast kun je voedingsmiddelen en superfoods nemen die de insulinegevoeligheid van je lichaam verhogen. Dit zijn onder meer:

Chroom
Magnesium
Mariadistel
Fenegriek
Krill olie

6. Pak stress aan

Stress zorgt ervoor dat er minder energie beschikbaar is voor je verteringssysteem. Daarnaast maken mensen die langdurig aan chronische stress lijden continu cortisol aan om glucose vrij te maken als extra energie voor een fight or flight reactie. Als dit langdurig gebeurt heeft dit ook constante hoge insulineniveaus tot gevolg wat uiteindelijk tot insulineresistentie en overgewicht kan zorgen en verminderde aanmaak van verteringsenzymen door de alvleesklier.

Wanneer je een periode van stress doormaakt is het als eerste belangrijk om dit te accepteren. Niet wegduwen, je er tegen verzetten of negeren. Veroordeel jezelf niet, zeg niet tegen jezelf dat je het fout hebt gedaan en maak het ook niet mooier dan het is. Zie het gewoon zoals het is, zonder oordeel. Vraag jezelf vervolgens af wat je kunt accepteren hierin, wat je kunt leren, waar het goed voor is. Geef jezelf toestemming om de situatie te accepteren. Lees meer tips in mijn blog Afvallen zonder dieet – haal deze 7 stressfactoren uit je leven.

7. Los aanwezige voedselallergieën op

Voedselallergieën zijn een aanslag op je verteringssysteem en je immuunsysteem. Het is daarom sowieso zinvol om te onderzoeken of je bepaalde voedselallergieën of intoleranties hebt. We raden niet aan om zelf op een streng eliminatiedieet te gaan want zonder goede begeleiding is de kans groot dat je tekorten krijgt waardoor je nog verder van huis bent. Blijf zoveel variëren als mogelijk.

De meest effectieve manier om achter voedselallergieën of intoleranties te komen is door je te laten testen. Via de (huis)arts kun je je laten testen op ‘traditionele’ voedselallergieën (type I), maar niet op voedselintoleranties. Dat kan wel met de ImuPro voedselintolerantie test die wij aanbieden. Deze test geeft aan of het lichaam sensitief of intolerant is (geworden) voor bepaalde voedingsmiddelen en of voeding de oorzaak kan zijn van bepaalde klachten die je hebt (zoals vermoeidheid, maar ook diarree, winderigheid, duizeligheid, spijsverteringsklachten, hoofdpijn of huidklachten). Er wordt specifiek aangegeven welke voedingsmiddelen je beter kunt vermijden en welke voedingsmiddelen je beter met mate kunt eten. Ook krijg je tips en (voedings)advies op maat. Als je gaat eten via dit advies krijgt je darmslijmvlies gelegenheid om zich te herstellen, klachten zullen afnemen en je krijgt veel meer energie.

Ontdek de 3 beste adviezen voor meer energie (gratis e-book)

Referenties:

[1] Stichting farmaceutische kengetallen, “Data en feiten 2015, Het jaar 2014 in cijfers”

[2] Pounder, R., “The prevalence of Helicobacter pylori infection in different countries”, Alimentary Pharmacology and Therapy. 1995;9 Suppl 2:33-9

[3] Hagen, Susan J., et al. “Inflammation and foveolar hyperplasia are reduced by supplemental dietary glutamine during Helicobacter pylori infection in mice.” The Journal of nutrition 139.5 (2009): 912-918

[4] Laheij RJ, et al.,  “Risk of community-acquired pneumonia and use of gastric acid-suppressive drugs”. National Clinical Practical Gastroenterology Hepatology 2005; 2(2):72-3

[5] Pimentel, M. et al., “Increased Prevalence of Irritable Bowel Syndrome in Patients With Gastroesophageal Reflux”, Journal of Clinical Gastroenterology, March 2002 – Volume 34 – Issue 3 – pp 221-224

[6] Pimentel M., “Evaluating a Bacterial Hypothesis in IBS Using a Modification of Koch’s Postulates: Part 1”, American Journal of Gastroenterology 2010; 105:718–721

[7] Jung, S. et al., “Association between vitamin B12 deficiency and long-term use of acid-lowering agents: a systematic review and meta-analysis”, Internal Medicine Journal. 2015 Apr;45(4):409-16

[8] Shaheen N, et al., “Gastroesophageal Reflux, Barrett Esophagus, and Esophageal Cancer: Scientific Review”. JAMA. 2002;287(15):1972-1981

[9] Krasinski S., et al., “Fundic atrophic gastritis in an elderly population. Effect on hemoglobin and several serum nutritional indicators”, Journal of the American Geriatrics Society. 1986 Nov;34(11):800-6

[10] Austin G. et al, “A very low-carbohydrate diet improves gastroesophageal reflux and its symptoms”, Digestive Diseases and Sciences. 2006 Aug;51(8):1307-12

[11] Tolone S, et al., “Evaluation of Helicobacter Pylori eradication in pediatric patients by triple therapy plus lactoferrin and probiotics compared to triple therapy alone”. Italian Journal of Pediatrics 2012; 38:63

[12] Wright, J. M.D., “Why Stomach Acid is Good For You”, M Evans 2001. p.142

[13] DiSilvestro RA, et al., “Anti-heartburn effects of a fenugreek fiber product”. Phytotherapy Research, 2011; 25(1):88-91